door Niels Bokhove
Ruim honderd jaar voor de huidige Covid-19-pandemie heerste er in Europa de Spaanse griep, die miljoenen doden eiste, meer dan het aantal slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog die toen eveneens dit continent teisterde. Hoe onderging Franz Kafka, wonend en werkend midden in Europa, deze pandemie?
De toenmalige griep begon begin 1918 niet in Europa, laat staan Spanje, maar in de Verenigde Staten, ‘het land van Karl Roßmann’. Door legertransporten vandaar naar Europa in maart dat jaar kreeg de ziekte ook hier voet aan de grond en verspreidde het zich vanuit Frankrijk. Omdat Spaanse kranten het eerst berichtten over de dodelijke ziekte kreeg het de naam ‘Spaanse griep’. Modern onderzoek maakte duidelijk dat de veroorzaker een in mensen aanwezig griepvirus was, ‘besmet’ met enkele genen van een vogelgriepvirus. Zeer bevreemdend is dat niet kwetsbare mensen als ouderen en zieken maar 20-40-jarigen vooral het slachtoffer werden. Kafka was in 1918 35 jaar. Het jaar ervoor, in augustus/september, was bij hem tuberculose gediagnostiseerd.
Op 3 oktober 1918 berichtte het Prager Abendblatt: ‘Die Influenza, diesmal die spanische Krankheit oder spanische Grippe genannt, hat nun auch in Prag stark um sich gegriffen.’
De volgende dag werden al enkele sterfgevallen gemeld, alleen in de nacht van 4 op 5 oktober stierven er 13 mensen in het ziekenhuis, van 8 op 9 oktober 16. En zo ging het maar door. Al snel wist de krant dat de incubatietijd 1 tot 3 dagen is en dat de ziekte zich vooral uit door hoge koorts, hyperemie van oogbindvlies, neus- en keelslijmvlies, droog gevoel in de mond en algehele afmatting. Maar al de volgende dag kwam het achteraf gezien nogal voorbarige bericht: ‘Die spanische Grippe scheint nach ärztlichem Gutachten in diesen Tagen ihren Höhepunkt erreicht zu haben; sie dürfte nunmehr abbauen.’ Maar toen moest het ergste nog komen, waartegen vrijwel exact dezelfde zware en uitzonderlijke maatregelen werden genomen als nu tegen Covid-19.
De incubatietijd varieerde tussen een halve dag en een week. In de laatste drie weken van september 1918 verbleef Kafka met ziekteverlof in Turnau, waar hij in een grote tuinderij werkte. Op 28 of 29 september keerde hij weer terug in Praag, waar toen net de griep had toegeslagen. Op 30 september meldde hij zich weer op kantoor, de Arbeiterunfall-Versicherungs-Anstalt (AUVA).
In de weken daarna werkte Kafka aan zijn nieuwe bundel Ein Landarzt en aan In der Strafkolonie, beide te verschijnen bij de uitgeverij van Kurt Wolff.
Laat ik verder de bronnen voor zich spreken over het ziekteverloop.
In die weken werd er buiten Kafka om gewerkt aan een onderscheiding voor hem vanwege zijn verdiensten als bestuurssecretaris bij een staatsinstelling voor de zorg voor oorlogsgewonden. Een taak die hij had naast zijn reguliere werk voor de AUVA. Voor die onderscheiding werd volgens voorschrift op 9 oktober aan de politie gevraagd of hij geen strafblad had. Op 16 oktober kwam het verlossende telegram:
Kommt gegen den in Prag i. J. 1883 geb., nach Prag, Bez. zust. Vizesekretär d. Arb. Unfall-Versich. Anstalt JUDr. Franz Kafka ein Anstand vor?
Dringend! 14/10 18 [handtekening]
Gegen den JU Dr. Franz Kafka bei obigen Kosten kein Anstand.
PRAG, am 16. Oktober 1918
[handtekening]
Bovendien was ook het wijkbestuur geraadpleegd, dat antwoordde met: ‘Wohnt bei seinem Vater Altstädter Ring 16, ist ledigen Standes, derzeit an Influenza erkrankt. Gegen den Ingenannten ist h.a. [hieramts] in moralischer und politischer Beziehung nichts Nachteiliges bekannt geworden.’ Die reactie zou op 12 oktober gedateerd zijn, maar dat moet een vergissing zijn, want Kafka was toen nog niet ziek.
‘Nicht kommen!’
De influenza sloeg namelijk pas toe op 14 oktober, misschien de 13de, zo maakte Kafka in een briefje aan Brod duidelijk: ‘nicht kommen! Ich habe etwas Fieber und liege im Bett.’ Nogal eufemistisch, want zijn zuster Ottla berichtte haar verloofde op 14 oktober:
Er ist krank, hatte zu Mittag beinahe 41 Grad Fieber. Die Mutter weinte den ganzen Tag, ich beruhigte sie, so gut ich konnte, aber ich selbst machte mir keine solchen Sorgen, ich habe immer Angst um jemanden, wenn ich weit entfernt bin, aber wenn ich bei ihm bin, habe ich immer eine gewisse Sicherheit, dass es gut wird. Der Arzt [Dr. Jindřich Král] war beim Bruder, untersuchte ihn und beruhigte Mutter.
Ottla meldde hem meteen ziek bij zijn werkgever, aan wie Kafka zelf veel later schreef over een koorts van zelfs ‘bis 42°’.
Terwijl Kafka doodziek thuis in bed lag en op de derde dag het effect van zijn door de tbc verzwakte longen merkbaar werd, veranderde er in de paar weken daarna veel in dubbelmonarchie Oostenrijk-Hongarije. Op diezelfde 14de klonk in een algemene staking de oproep tot een socialistische Tsjechoslowaakse republiek.
Van contacten in de twee weken na zijn terugkeer weten we alleen dat Kafka op 2 oktober nog een ontmoeting had met vriend Max Brod. Maar gezien de incubatietijd kan hij pas in de week vóór 14 oktober besmet zijn geraakt met het vogelgriepvirus en dus de Spaanse griep (en bovendien kreeg Brod de ziekte pas in december). Vrijwel zeker niet door een gezinslid, geen enkele bron spreekt namelijk hierover. Mogelijk heeft een collega op zijn werk hem aangestoken.
‘Fast aufgegeben’
Uit de bijna vier weken daarna zijn geen brieven van Kafka overgeleverd, maar het is volkomen duidelijk dat hij het toen behoorlijk zwaar heeft gehad. Reiner Stach geeft in zijn biografie een indringend en huiveringwekkend beeld van de situatie in Praag en van Kafka in die weken. Zeer ernstig was dat Kafka er een longontsteking bij kreeg, in een orgaan dat toch al een zwakke stee in zijn lijf was. Hij moet in die tijd, net als bij het uitbreken van de tbc bij hem in 1917, opnieuw bloed opgegeven hebben, bij die lichaamstemperatuur deliria hebben gehad met het risico van orgaanuitval. Brod, die door zijn vriend tijdens diens ziekte als ‘etwas wie die Bürgschaft des Lebens’ ervaren werd, hoorde zelfs dat Franz medisch gezien ‘fast aufgegeben’ was. Zeer waarschijnlijk kwam het door de goede zorg thuis dat hij de zware ziekte overleefde. De ziekenhuizen waren overvol, afdelingen moesten sluiten omdat er geen gezonde artsen en verplegers meer waren.Intussen liep de procedure voor de onderscheiding door. Op 22 oktober kreeg de politie ook positieve reacties van lagere instanties. Nog vier dagen later hield de ambtenarij er zich mee bezig en stelde vast: ‘Kommt nicht vor! 26. X. 1918’. Maar op hetzelfde document staat daaronder, wat moeilijk leesbaar: ‘Následkem událostí posledních dnů budic co bezpředmétné / založen. 31./10.1918. ‘ (‘Als gevolg van de gebeurtenissen van de laatste dagen zinloos geworden’).
Wat was er gebeurd? Terwijl Kafka zwaar ziek in bed lag was in de afgelopen dagen de oorlog tot een einde gekomen en op 26 oktober het Tsjechisch de officiële ambtelijke taal geworden. (Vandaar de Tsjechische tekst, getypt met een Duitse schrijfmachine en met potlood voorzien van Tsjechische diakritische tekens!) Twee dagen later was de Tsjechoslowaakse Republiek uitgeroepen. Kennelijk einde oefening voor Kafka’s onderscheiding. We weten niet of het hem ooit ter ore is gekomen.
‘Höchstmaß von Widerstandskraft’
Van Brod vernam Kurt Wolff, zo schreef hij zijn auteur op 4 november,
daß Sie sehr heftig an der Grippe erkrankt seien, sich aber jetzt auf dem Wege der Besserung befinden. Nehmen Sie meine allerherzlichsten Wünsche für die vollkommene Wiederherstellung Ihrer Gesundheit. Die jetzigen und die kommenden Zeiten lassen es als wünschenswert erscheinen, daß jeder Einzelne ein Höchstmaß von Widerstandskraft physisch und psychisch besitzt.
Op 7 november, drie weken na het begin van de ziekte, kon Kafka’s moeder haar dochter Ottla geruststellen:
Franz geht es so ziemlich, natürlich ist er noch sehr schwach und hat oft Kopfschmerzen. Heute haben wir das Schlafzimmer gelüftet und gewaschen und Franz war im Speisezimmer am Kanape, ist aber wieder gerne ins Bett gegangen.
Vier dagen later kon Kafka zelf haar melden: ‘mir geht es ganz erträglich, ich bin jeden Vormittag außer Bett, draußen war ich noch nicht, vielleicht heute, vielleicht morgen.’ Dezelfde dag schreef hij Wolff een brief ‘Fast mit dem ersten Federstrich nach einem lange Zu-Bett-liegen…’ In de voorgaande dagen had hij zelfs een passage in ‘In der Strafkolonie’ omgewerkt.
Kort daarna viel er een verrassende briefkaart in de brievenbus. Ex-verloofde Felice Bauer liet vanuit Berlijn, vermoedelijk ingeseind door Max Brod (een aangetrouwde verwante), op 12 november van zich horen: ‘Lieber Franz, nichts weiter als wiederum die aufrichtigsten und herzlichsten Wünsche für recht, recht baldige Gesundung und innigste Grüße, Felice’. Ruim vier maanden later zou ze in het huwelijk treden met een Berlijnse zakenman.
Op 14 november was Kafka eindelijk verder aangesterkt, aldus zijn moeder aan Ottla: ‘Es geht ihm Gottlob viel besser nur will ihn der Arzt unbedingt auf einige Wochen zur Erholung in ein Sanatorium schicken.’ Pas toen, toen Franz alweer aan de beterende hand was, hadden zijn ouders hun vroegere slaapkamer voor hem ingericht, ‘wo es ihm sehr behaglich ist und er vollkommen Ruhe hat’. Het doet in de verte wat denken aan de huiselijke taferelen in Die Verwandlung.
‘Gottlob’
Op 19 november, na bijna vijf weken zware ziekte, was Kafka zover hersteld dat hij weer naar kantoor kon gaan (waar hij moest wennen aan het Tsjechisch als formele voertaal). De volgende dag liet zijn moeder aan Otta weten: ‘Dem l. Franz geht es Gottlob gut. Er geht schon ins Büreau, wird wahrscheinlich Urlaub nehmen und noch diese Woche nach Schelesen in Stüdls Sanatorium Wohnung nehmen.’ Maar de huisarts adviseerde wel om minstens vier à vijf weken ‘auf dem Lande’ te gaan kuren, omdat door de griep de ‘Lungenspitzenkatarrh’ weer had opgespeeld.
Niet verrassend dat nog geen week later Kafka zijn chef moest melden, vergezeld van het medisch attest: ‘Samstag nachmittag und Sonntag [23-24 nov.] lag ich mit Fieber im Bett, heute ist mir besser. Entweder habe ich mich in der letzten Woche wieder verkühlt, was ja leicht möglich ist, oder aber das Fieber kommt geradewegs von der Lunge’. En zo moest hij de hele komende week ‘halb liegend halb sitzend’ in bed doorbrengen.
Teleurstellend voor Kafka, want hij wilde juist die 24e november afreizen naar een pension in Schelesen (Želízy), 45 km boven Praag en dat ging nu niet door. Maar al snel, op 30 november, kon hij, begeleid door zijn moeder, alsnog afreizen. In Pension Stüdl aldaar zou hij tot 22 december bijkomen van alle ellende.
Pension Stüdl (voorste huis) in Schelesen
Bronnen
F. Kafka, Briefe 1918-1920. Kritische Ausgabe. Hg. v. H.-G. Koch. S. Fischer, Frankfurt/M 2013.
F. Kafka, Amtliche Schriften. Kritische Ausgabe. Mit CD-ROM. Hg. v. K. Hermsdorf u. B. Wagner. S. Fischer, Frankfurt/M 2004.
J. Bauer [= J. Čermák], Kafka und Prag. Belser, Stuttgart 1971.
H. Binder, Kafkas Welt. Eine Lebenschronik in Bildern. Rowohlt, Reinbek b. Hamburg 2008.
J. Čermák, ‘Ich habe seit jeher einen gewissen Verdacht gegen mich gehabt.’ Franz Kafka – Dokumente zu Leben und Werk. Übers. R. Simmen. Parthas/Stroemfeld Verlag, Berlin/Frankfurt/M, 2009.
R. Stach, Kafka. Die Jahre der Erkenntnis. S. Fischer, Frankfurt/M 2008.
Prager Tagblatt, 4, 8 & 10-10-1918.
Prager Abendblatt, 7 & 8-10-1918.